Een meertalig aanbod, daar heeft je kind profijt van!

Heeft je kind er profijt van als je thuis meerdere talen spreekt?

In onze multiculturele samenleving zijn er veel kinderen waar thuis een andere taal dan het Nederlands wordt gesproken.
Soms zelfs meerdere talen.
In onze praktijk zien wij vaak ouders die een andere taal dan het Nederlands spreken. Sommigen spreken alleen hun moedertaal, anderen spreken zowel hun moedertaal als Nederlands.
Wij krijgen vaak de vraag welke taal ze nu het best hun kind kunnen aanbieden.

Vraag jij je dit ook we eens af?

  • Spreek je nou Nederlands met je kind of niet?
    Nederlands is tenslotte de taal van het land waar je woont en waar je kind naar school gaan.
  • Of spreek je toch in je moedertaal tegen je kind?
    Het is ook belangrijk dat je kind je moedertaal kennen, zodat ze met hun familie kunnen praten.
  • En in welke taal praat je met je kind als hij niet goed kan vertellen in jouw moedertaal maar ook niet in het Nederlands?
  • Of als je kind alles in jullie eigen taal zegt, maar nog niets in het Nederlands.
    Kan je dan wel in je eigen taal blijven praten met elkaar?
    Of praat je alleen maar Nederlands met je kind? (ook al ben je daar zelf misschien niet zo goed in? ) En leert je kind jullie eigen taal dan later (goed) spreken?
  • En hoe moet dat dan als opa en oma oppassen die niet goed Nederlands praten?
  • Kan je kind eigenlijk wel meerdere talen tegelijk leren als hij al moeite heeft om één taal te leren?
  • Is het erg als je talen door elkaar spreekt?
  • Hoe moet dat als je kind straks naar school gaat en nog niet goed Nederlands praat?

Je kind kan op verschillende manieren talen leren.
In een eerder blog “hoe help je je kind als hij nog niet praat” schreef ik al over hoe je kind taal leert.
Dat geldt niet alleen voor het Nederlands, maar voor ALLE talen!

Om taal te leren en gesprekjes te kunnen voeren maakt het niet uit in welke taal je tegen je kind praat.
Als je zelf vindt dat je nog niet goed Nederlands spreekt, is het een goede keuze alleen in de taal tegen je kind te praten die je het beste kent.

Dat is je MOEDERTAAL!
De taal waarin je denkt , droomt en je gevoelens kan uitdrukken.

Het is niet erg als je kind pas later Nederlands leert.
Als je kind jouw moedertaal goed kent, kan hij ook makkelijk woorden leren in een andere taal zoals het Nederlands.

Want hij heeft deze woorden al geleerd in jullie taal!

En hoe meer woorden je kind kent in jullie taal, hoe makkelijker hij veel en snel woorden leert in het Nederlands.
Ook zal het voor je kind geen probleem zijn om de grammaticale regels in het Nederlands  te leren.
Je kind zal wel even tijd nodig hebben om de Nederlandse woorden en de Nederlandse taalregels te leren.

Maar heeft hij het Nederlands onder de knie, dan zal hij MOEITELOOS 2 (of meer) talen kunnen spreken!

Als je een peuter hebt, gaat hij waarschijnlijk naar een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf.  Dan leren ze daar ook al Nederlands.
Sommige kinderen leren pas  Nederlands als ze naar groep 1 gaan.

Je kind zal niet meteen Nederlands  praten.
Je kind moet wennen aan de klanken. Hij moet woorden gaan herkennen. Hoe meer hij de taal hoort hoe meer hij de taal gaat begrijpen.  Daarna zal hij het zelf proberen om Nederlands te spreken.

Het duurt dan ongeveer twee jaar om de taal te beheersen.
Het duurt ongeveer drie tot vijf jaar voordat je kind het Nederlands  net zo goed spreekt als zijn Nederlandse leeftijdsgenootjes.
Kinderen die na hun zesde verjaardag beginnen met het leren van een nieuwe taal hebben vijf tot zeven jaar nodig om de taal volledig te beheersen.

Kinderen leren een nieuwe taal het snelst als ze hun moedertaal goed hebben leren spreken!

Als je Nederlands en een andere taal beheerst kun je in beide talen tegen je kind praten.
Hij leert dan woorden en zinnen te maken in beide talen en hij leert de grammaticale regels van beide talen.
Het kan zelfs zo zijn dat jij en je partner beiden een andere taal spreken naast het Nederlands.

Dan leert je kind dus 3 talen!

Geen probleem!

Kinderen kunnen vanaf hun geboorte meerdere talen leren.

Het blijkt ook geen probleem te zijn als je talen met elkaar mengt.
Daar is onderzoek naar gedaan bij kinderen die Engels en Spaans kregen aangeboden.
Om een taal te leren spreken maakt het niet uit of je je kind één taal aanbiedt of dat je twee talen door elkaar spreekt.
De kinderen hadden in beiden gevallen evenveel tijd nodig om de talen te verwerken.

Je kunt het volgende doen om je kind 2 (of meer) talen te leren spreken:

  • Praat met je kind in de taal die jij het makkelijkst spreekt.
    Op deze manier leert je kind het best de taal.
    Als hij zijn eigen taal goed spreekt, leert hij makkelijker Nederlands op school.

 

  • Als je als ouder je eigen taal en Nederlands goed spreekt kun je beide talen spreken met je kind.
    Je zal merken dat de taalontwikkeling in beide talen gelijk op loopt en je kind makkelijk in beide talen kan praten.Het is niet erg  dat je talen mengt als je met je kind praat.
  • Kinderen kunnen 2 (of meer) talen tegelijk leren als ze de talen die je ze wil leren maar vaak genoeg hoort.
Lees je kind voor uit boeken die in het Nederlands en in je moedertaal zijn geschreven.

Zing liedjes in je moedertaal en in het Nederlands.

Vertel wat je doet, als je samen iets doet zoals knutselen, bakken, spelen, zo leert je kind nieuwe woorden.

Klets samen over wat je hebt beleefd.

Ouders krijgen vaak het advies van school om Nederlands met hun kind te spreken, zodat hij het Nederlands leert en geen (grote) achterstand op school op loopt.
Als ouder wil je het beste voor je kind en zal je misschien het advies opvolgen.
Maar als je de Nederlandse taal niet goed beheerst, kan je je kind niet voldoende woorden en zinnen aanbieden om de taal te leren.
Als je dan Nederlands spreekt en daardoor minder in je moedertaal spreekt, krijgt je kind onvoldoende taalaanbod om een taal te leren.

En een goed taalaanbod is de BASIS om een taal te leren.
Spreek één of meerdere talen VAAK om je kind de gelegenheid te geven de talen goed te leren.

En als je kind dan 2 (of meer) talen spreekt, heeft hij daar profijt van, want…..
…. hij kan met zijn familie praten!
…. hij heeft betere kansen op de arbeidsmarkt.
…. Hij kan beter informatie die niet relevant is negeren.
…. Hij kan taken waarbij je twee dingen tegelijk moet doen beter uitvoeren.
…. Het kan zelfs de ontwikkeling van dementie vertragen.

Daar kan een kind dat maar één taal leert jaloers op zijn!